Categorieën
Koninkrijk

Hef je staf op en de zee zal voor je splijten

Voor veel christenen ligt er een taboe op de gedachte dat we zonder zonden kunnen zijn. Toch is Johannes er duidelijk over:

Wij weten dat ieder die uit God geboren is, niet zondigt; maar wie uit God geboren is, bewaart zichzelf en de boze heeft geen vat op hem.” (1 Johannes 5:18)

Wie uit God geboren is, zondigt niet en de boze heeft geen vat op hem. Dat we hier zo’n moeite mee hebben, komt ongetwijfeld doordat we het niet terug zien in ons eigen leven en ook niet als voorbeeld in het leven van anderen om ons heen. En geloven wat we niet met onze eigen ogen zien, lijkt voor de meeste mensen (ook voor christenen!) een onmogelijke opgave. De gedachte dat we pas na onze fysieke dood werkelijk verlost zullen zijn van onze zonden, is gemeengoed onder christenen. Het vlees, de oude mens, lijkt – ondanks de boodschap van verlossing die Jezus van Nazareth heeft verkondigd – onoverwinnelijk te zijn.

De reden dat men dit denkt en gelooft, heeft alles te maken met de visie op het kruis. Jezus zou zijn gekruisigd als een zondoffer voor de vergeving van onze zonden. Hoe mooi deze gedachte ook mag zijn, ze vormt een bedekking voor de werkelijke boodschap van het kruis. Zolang wij onszelf en anderen blijven zien als mensen die van nature zondaren zijn, die voor hun redding vergeving van zonden nodig hebben op grond van het offer dat Jezus gebracht zou hebben (verzoening door voldoening), zal Christus niet in ons kunnen opstaan. De idee dat Jezus als een zondoffer voor de vergeving van zonden zou zijn geofferd, laat zien dat we nog rekenen met de wet en de oude mens (het vlees). Zolang dit de basis vormt van het evangelie waarin we geloven, is ons bewustzijn nog verduisterd. We zien dan niet wie we van nature als mens in werkelijkheid zijn. Jezus van Nazareth heeft hier onze ogen voor willen openen. Zodra onze geestelijke ogen (synoniem voor bewustzijn) hiervoor geopend worden, verdwijnt de duisternis uit ons leven en worden we overgeplaatst in het koninkrijk van het Licht; worden we uit de Geest geboren. Dat is onze daadwerkelijke redding. De boze heeft dan geen vat meer op ons!

Egypte is in de Bijbel een beeld van het rijk der duisternis. Het volk Israël was als slaven gevangen, maar vertrok onder leiding van Mozes – die opstond en het volk bij de hand nam – uit de gevangenschap op weg naar het beloofde land. Het volk ging – met de vijand op de hielen – op pad richting het onmogelijke, richting de Rode Zee waar het water een ogenschijnlijk niet te passeren muur vormde. Water is in de Bijbel vaak een beeld van ons bewustzijn. Het verduisterde bewustzijn vormt voor christenen een muur, waardoor ze het voor onmogelijk houden dat ze werkelijk bevrijd kunnen worden van de zonde(macht) in hun leven, van het doel-missen. Het verduisterde bewustzijn houdt hen gevangen, waardoor zij in de duisternis blijven wandelen en steeds weer opnieuw vergeving denken nodig te hebben en daarom steeds weer opnieuw een beroep doen op het zondoffer dat Jezus volgens hen gebracht zou hebben.

Jezus van Nazareth moest net als Mozes groeien in wijsheid en kracht. Jezus moest opstaan om zijn volk mee te nemen uit de duisternis, uit hun ‘Egypte’, de bedekking van het oude verbond. En ook vandaag de dag zullen er zonen van God (m/v) openbaar moeten worden om het volk (de mensheid) mee te nemen uit de duisternis waarin de meeste mensen nog leven (onder de vloek van zonde en dood), richting het koninkrijk van het Licht.

Mozes kwam met het volk voor de Rode Zee te staan. Jezus kwam met zijn volgelingen uit bij het kruis van Golgotha. En ook vandaag de dag lopen wij tegen een muur van duisternis op, die vanuit menselijk / vleselijk perspectief een blokkade vormt, die ons tegenhoudt. Tot hier toe en niet verder! Je moet niet denken dat je volledig vrij kunt komen van de zondemacht. Je blijft zondigen tot je dood. Het collectief verduisterde bewustzijn is zo krachtig dat we geneigd zijn om het op te geven en onze hoop op bevrijding naar de (verre) toekomst te verplaatsen, naar het moment dat Jezus terugkomt om de muur van ons verduisterde bewustzijn neer te halen. Maar dat was niet de boodschap van Jezus en Paulus. De bedoeling is dat wij net als Mozes en Jezus van Nazareth als zonen van God (m/v) gaan opstaan om de mensheid uit de gevangenis – waarin we ons momenteel bevinden – te leiden en daardoor te bevrijden van de vloek van zonde en dood.

God sprak tegen Mozes “Hef je staf op!” De staf van Mozes die hij omhoog moest houden is een beeld van het kruis waaraan Jezus van Nazareth verhoogd werd. Het kruis waaraan de slang van weleer, de oude mens, het lichaam der zonde, het vlees, genageld werd (Johannes 3:14). Toen Mozes zijn staf omhoog hield, spleet het water middendoor, zodat het volk dwars door de zee de overkant kon bereiken. Het volk Israël ging hun vrijheid tegemoet. De vijand verdween voorgoed uit hun leven. Ze werden zich het Licht van de wolkkolom bewust. Zodra wij onze staf opheffen, zal het verduisterde bewustzijn plaatsmaken voor het Licht van Christus, waardoor we ons bewust worden van wie we in werkelijkheid als mens zijn, Christus-mensen!

Hoe kunnen wij vandaag de dag onze staf opheffen?
Door de boodschap van het kruis voor 100% serieus te nemen. Door het vlees, het lichaam der zonde, definitief als gekruisigd te beschouwen. Door niet meer te rekenen met de oude mens (het oude ‘ik’). Door het oude radicaal uit ons denken te verbannen. Ons bewustzijn ervan reinigen, zodat het Licht van Christus kan doorbreken in ons leven.

Wat betekent het concreet om onze staf op te heffen?
Zodra we de oude mens voor dood houden, kunnen we niet anders dan onszelf als een nieuwe schepping gaan zien. Wij zijn zonen en dochters van God, van nature naar Gods evenbeeld en gelijkenis geschapen! Wij zijn de heerlijkheid van de Heer. Laat op dit moment het volgende doordringen in je bewustzijn, door het hardop uit te spreken:

Ik ben als Jezus in deze wereld.
Ik ben net zo Christus als Jezus van Nazareth.
Ik ben een volmaakte expressie vanuit het koninkrijk van God.
Ik ben een volmaakte incarnatie van Gods Geest.
Ik ben het Licht der wereld.
Ik en de Vader zijn één. Wie mij gezien heeft, heeft de Vader gezien.
Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven.
Ik ben degene die mijn gezin, mijn familie, mijn vrienden, mijn buren, mijn collega’s en andere bekenden, mee mag nemen in het Licht, richting de vrijheid die voor ons ligt. De vrijheid in Christus die ons met al onze geliefden in het koninkrijk van God zal brengen.

Ik moedig je aan om je niet te laten weerhouden en om daadwerkelijk je staf op te heffen. Welke vleselijke gedachten er bij jezelf ook opkomen of wat anderen ook van je mogen denken of zeggen. Reken er radicaal mee af en sta op, net als Mozes en Jezus dat hebben gedaan. Verhef je staf en houd hem hoog in de lucht! Jij bent voor anderen de Deur, waardoor zij binnen mogen gaan in het beloofde land en het Brood des levens waarmee zij zich mogen voeden. Het levende Water zal uit jouw binnenste stromen en de stroom in het binnenste van anderen op gang brengen.

Tot slot, het volk Israël kwam na de bevrijding uit Egypte in de woestijn terecht. De woestijn is een beeld van de duisternis om ons heen waarin het overgrote deel van de mensheid nog wandelt. Maar jij wandelt te midden van deze woestijn in het Licht van de wolkkolom (een beeld van Christus). Jij bent omringt door de bescherming en voorziening van de Allerhoogste.

De Allerhoogste hebt gij tot uw schutse; geen onheil zal u treffen, en geen plaag zal uw tent naderen; want Hij zal aangaande u zijn engelen gebieden, dat zij u behoeden op al uw wegen; op de handen zullen zij u dragen, opdat gij uw voet niet aan een steen stoot. Op leeuw en adder zult gij treden, jonge leeuw en slang zult gij vertrappen. Omdat hij Mij zeer bemint, zal Ik hem bevrijden; Ik zal hem beschutten, omdat hij mijn naam kent. Roept hij Mij aan, Ik zal hem antwoorden; Ik zal in de benauwdheid bij hem zijn, Ik zal hem uitredden en tot ere brengen. Met lengte van dagen zal Ik hem verzadigen, en Ik zal hem mijn heil doen zien.” (Psalmen 91:9-16)

Het heil dat wij zullen zien, is het doel waarvoor we hier op aarde leven, de verheerlijking van ons lichaam, zodat we met een onvergankelijk en onsterfelijk lichaam het koninkrijk van God zullen binnengaan. Gelijk in de hemel (de onzichtbare wereld), alzo ook op aarde (de zichtbare wereld).

Ik verzeker jullie: deze generatie zal zeker nog niet verdwenen zijn wanneer al die dingen gebeuren.” (Matteüs 24:34)

Zou je door willen praten over de inhoud van dit artikel?
Schroom dan niet en neem contact met ons op.

Klik hier als je je wilt abonneren op onze Blog / Infomail.

Vond je dit artikel de moeite waard om te lezen, overweeg dan een kleine financiële bijdrage. Het rekeningnummer is NL94 ASNB 0932 1927 50 t.n.v. P. Overduin.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *