In tegenstelling tot wat veel christenen zijn gaan geloven, vond er aan het kruis geen magische gebeurtenis plaats waardoor de wereld in één moment met God verzoend werd.
Verzoening wordt door Paulus namelijk als een doorgaand proces beschreven: “God is in Christus de kosmos met Zichzelf verzoenende (o.t.t.), door haar de val in bewustzijn niet toe te rekenen en het ‘Woord der verzoening’ in ons mensen te leggen.” (2 Korintiërs 5:19; MV)
Het gaat bij verzoening niet zozeer om het relationele herstel tussen God en de mens, maar om het Licht van Christus dat doorbreekt in de kosmos, die zich op dit moment nog in het duister bevindt. Het proces van verzoening is nog steeds gaande. Door naar het kruis te kijken en te leren wat het kruis ons daadwerkelijk wil openbaren, wordt de kosmos met God verzoend. Deze verzoening vindt plaats in het hart van de mens, zodra het Licht van Christus (de Morgenster) in onze harten opgaat (2 Petrus 1:19).
“Want de God, die gesproken heeft: Licht schijne vanuit het duister, heeft het doen schijnen in onze harten, om in ons hart (!) de kennis der heerlijkheid Gods aan het Licht te brengen door de verschijning van het Christus-Licht dat binnenin ons is.” (2 Korintiërs 4:6; MV)
De bediening der verzoening is toevertrouwd aan degenen in wie het Christus-Licht is opgegaan (2 Korintiërs 5:18). In hen is het Woord (logos) der verzoening (“Er zij Licht!“) geopenbaard. Zij zijn degenen die hier en nu geroepen zijn om het verzoenende Licht van Christus – dat zich in alle mensen bevindt (Johannes 1:9) – onder de korenmaat (de bedekking) vandaan te halen. Zodra dit bij mensen gebeurt, gaan ze het Licht van Christus in de wereld verspreiden.
“Opdat gij onberispelijk en onbesmet moogt zijn, onbesproken kinderen Gods te midden van een ontaard en verkeerd geslacht, waaronder gij schijnt als lichtende sterren in de wereld.” (Filippenzen 2:15)
Hoe meer het Licht van Christus openbaar komt, hoe krachtiger het werk van Gods Geest zichtbaar zal worden op aarde. De kracht van het Licht zal toenemen tot het moment dat het Licht zo sterk is dat alle duisternis in een punt des tijds zal worden opgeslokt. Dat zal het moment zijn waarop God alles en in allen zal zijn (1 Korintiërs 15:28).
“Het waarachtige Licht, dat ieder mens verlicht, was komende in de wereld.” (Johannes 1:9)
Op dit moment hebben wij (ook als christenen!) nog geen idee wat het betekent om werkelijk in het Licht van Christus te wandelen. Onze (westerse) theologische dogma’s, die gebaseerd zijn op een fundamentele scheiding tussen God en de mens (Genesis 3), vormen een dikke donkere deken (bedekking) die ons het zicht op het Licht van Christus ontneemt. Ik durf te stellen dat alles wat we op dit moment als vanuit de Geest beschouwen, in werkelijkheid het maximaal haalbare is van wat vleselijke godsdienst ons kan bieden. Dat verklaart voor mij de situatie waarin we ons als christelijke kerk bevinden. Het evangelie lijkt haar kracht verloren te hebben, ook op plaatsen waar een bepaalde kracht wel zichtbaar wordt. De genezingswonderen en andere vormen van bediening (hoe mooi en fijn het ook moge zijn!) zijn namelijk nog altijd tijdelijk van aard en leiden niet tot de blijvende metamorfose van ons lichaam, waar Paulus over schrijft.
“Zodra de bedekking weggenomen is, gaan we – als in een spiegel! – de heerlijkheid van de Heer zien. Zodra we dit gaan zien, zal ons lichaam een metamorfose (gedaantewisseling) ondergaan van heerlijkheid tot heerlijkheid, door de Geest die in ons is.” (2 Korintiërs 3:18; MV)
We gaan pas werkelijk in het Licht van Christus wandelen, als we in de spiegel de heerlijkheid van de Heer zien, waardoor we ons onze Christus-identiteit in de Geest bewust worden. Daarmee ontvangen we het onderpand van onze erfenis, namelijk de zeer grote en kostbare belofte dat we zullen deelhebben aan de goddelijke natuur en zullen ontkomen aan het verderf dat in deze wereld heerst (2 Petrus 1:4). Ontkomen aan het verderf in deze wereld betekent dat we hier en nu zonder de lichamelijke dood te zien het koninkrijk van God zullen binnengaan. Ons fysieke lichaam van vlees en bloed is bedoeld om tot verheerlijking te komen, hetgeen gebeurt als het sterfelijke onsterfelijkheid aandoet. Op dat moment is de dood volledig verzwolgen in de overwinning (1 Korintiërs 15:53,54).
“Een ieder, die leeft en in Mij gelooft, zal in eeuwigheid niet sterven; gelooft gij dat?” (Johannes 11:26)
Zou je door willen praten over de inhoud van dit artikel?
Schroom dan niet en neem contact met ons op.
Klik hier als je je wilt abonneren op onze Blog / Infomail.
Vond je dit artikel de moeite waard om te lezen, overweeg dan een kleine financiële bijdrage. Het rekeningnummer is NL94 ASNB 0932 1927 50 t.n.v. P. Overduin.