“Maar de vrucht van de Geest is liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, trouw, zachtmoedigheid, zelfbeheersing.” (Galaten 5:22)
Vrucht van de Geest is niet iets wat je zelf op moet wekken in je leven. Je kunt het niet uit de grond van je hart tevoorschijn trekken. Het vraagt de juiste grond (je hart) en genoeg water en zonlicht. De rest gaat vanzelf!
Ik zie zoveel christenen die hun best doen om lief en aardig te zijn, om zichzelf weg te cijferen of juist in geloof hun mannetje/vrouwtje te staan. Men is druk bezig om vooral als christen te leven door dagelijks de buitenkant te bekeren, want het is toch de bedoeling dat we met onze levenswandel een getuige van Jezus zijn en de boodschap van het evangelie voorleven?!
Daarnaast zie ik heel veel niet-christenen, die ook hun best doen om vooral een vriendelijk en behulpzaam medemens te zijn. Net zoals dit bij christenen het geval is lukt dat bij een groot deel van hen vrij goed, waardoor er geen verschil is op te merken tussen de levenswandel van christenen en van niet-christenen. Bij beide groepen kunnen er situaties ontstaan waarin het niet lukt om vriendelijk en geduldig te blijven. In die gevallen kan er zomaar polarisatie ontstaan en kan het leiden tot ruzies, echtscheidingen, elkaar het licht niet in de ogen gunnen, enzovoort. En dit gebeurt dus bij christenen net zo goed als bij niet-christenen.
De vraag die dit oproept is, waar verschillen christenen en niet-christenen van elkaar als het gaat om onze levenswandel? Waarin komt het “Gij geheel anders” in het leven van christenen tot uiting? Het ontnuchterende antwoord is: uitzonderingen (bij beide groepen!) daargelaten is er in het algemeen geen verschil tussen christenen en niet-christenen.
Dat roept de volgende vraag op: is er in het leven van christenen dan wel sprake van vrucht van de Geest? Deze vrucht wordt juist zichtbaar op de momenten dat we het zelf even niet meer voor elkaar krijgen om vriendelijk, liefdevol en geduldig te zijn. Vrucht van de Geest wordt zichtbaar door juist dan de andere wang toe te keren of die tweede mijl te gaan. Door Christus in onszelf en in die ander te gaan zien. Als we niet als christen proberen te doen, maar als Christus zijn. En ook hierbij moeten we concluderen dat er weinig tot geen verschil is tussen christenen en niet-christenen.
De grootste dooddoener waarmee we deze constatering kunnen afdoen, is dat we nu eenmaal van nature geneigd zijn onszelf en onze naasten te haten. We hebben nu eenmaal te maken met de neiging tot zondigen, die ons tot de dood parten zal blijven spelen. Als je serieus neemt wat Paulus schrijft over volmaaktheid, dan voel je wel aan dat deze argumenten geen hout snijden. Vrucht van de Geest behoort gewoon te groeien in het leven van hen die Jezus volgen, die net als Jezus wandelen in de zalving van de Geest en dus Christus zijn. Het enige dat we daarvoor kunnen en mogen doen is voor de juiste omstandigheden zorgen en dat zijn: 1) goede grond, 2) water en 3) zonlicht. De oorzaak van het feit dat we in het leven van christenen zo weinig vrucht van de Geest zien groeien, is gelegen in het feit dat de grond niet goed is. Daarmee bedoel ik niet dat we zondaren zouden zijn, maar dat we denken en geloven dat we minder dan Jezus van Nazareth zijn. Wij kunnen zijn standaard nu eenmaal niet evenaren, zo is ons aangeleerd.
Het belang van goede grond
Zolang er stenen in de grond zitten of distels en dorens op onze grond groeien is er geen sprake van goede grond en kan de vrucht van de Geest niet opkomen in ons leven. Stenen zijn een beeld van veroordeling en de distels en dorens hebben te maken met oud zeer in ons leven als gevolg van pijn en verdriet dat we hebben meegemaakt. Zolang we onszelf en/of anderen om ons heen veroordelen is er sprake van de spreekwoordelijke stenen in de grond van ons hart. Zolang het oud zeer in ons leven bepalend is voor de manier waarop we met mensen omgaan, staan er nog dorens en distels op de grond van ons hart. Beiden worden in stand gehouden door een wandel naar het vlees. Blijven rekenen met wat voor ogen is, jezelf en anderen blijven beoordelen op de buitenkant die we zien en dat als uitgangspunt nemen. Paulus roept ons op om in de Geest te wandelen. Dat vraagt een bekering van onze binnenkant. Gods perspectief van zijn koninkrijk – dat binnen in ons is – als uitgangspunt nemen, geloven in wat we nog niet zien. Christus als alles en in allen gaan zien. Geloven dat Christus zowel in mij als in die ander woont. Jezelf en die ander als een gezalfde des Heren gaan zien, ongeacht wat je aan de buitenkant allemaal ziet dat niet met je binnenkant (Christus) in overeenstemming is. Zodoende maak je de grond geschikt voor het zaad van de Geest.
Water en zonlicht
Water in de Bijbel kun je zien als een synoniem voor bewustzijn. Zo is het doopwater een beeld van de reiniging van ons bewustzijn, waardoor we het oude leven achter ons kunnen laten. Het oud zeer verdwijnt uit ons bewustzijn, waardoor het geen rol meer speelt in onze omgang met mensen. Door een wandel in de Geest groeien we in geestelijk bewustzijn. We worden ons Christus steeds meer bewust, waardoor het (zon)licht in ons leven begint te schijnen. We gaan Christus zien in alles en iedereen, waardoor de stenen van veroordeling uit ons leven verdwijnen. Het water en het zonlicht zorgen ervoor dat de vrucht van de Geest vanzelf in ons leven gaat groeien. De bekering begint dus van binnen en dat doen we door naar binnen te keren in het heilige van de tempel van ons lichaam. De verandering aan de buitenkant volgt daarna vanzelf door de vrucht van de Geest die dan begint te groeien.
Vanzelf wil niet zeggen dat het makkelijk is
Het belangrijkste wat ons te doen staat, is dat we het vlees (de oude mens) dagelijks aan het kruis nagelen. Ons denken/geloven vernieuwen overeenkomstig het denken en het geloof van Christus in ons. Dat is de bekering waartoe Jezus ons oproept. Dat is geen bekering van de buitenkant, waarbij we ons best doen om als christen toch zo lief en geduldig mogelijk te zijn, waarmee ik dit artikel begon. Zoals ik al zei, dat doen niet-christenen ook en zij doen daar zeker niet aan onder voor christenen.
Bij bekering gaat het om een innerlijke bekering. De bekering van vlees naar Geest. Het vlees (anti-Christ) dagelijks kruisigen, zodat Christus in ons tot opstanding kan komen. Dan komt de verandering aan de buitenkant vanzelf op gang. ‘Christus in ons’ is dan ook de enige hoop op heerlijkheid voor zowel christenen als niet-christenen. Het is hard werken om ons vlees dagelijks te kruisigen, maar als we de keuze maken om daar serieus werk van te maken, dan ga je merken dat ‘Christus in ons’ je tegemoet komt. Langs deze weg bewerken we onze behoudenis.
“Daarom, mijn geliefden, gelijk gij te allen tijde gehoorzaam zijt geweest, blijft, niet alleen zoals in mijn tegenwoordigheid, maar nu des te meer bij mijn afwezigheid, uw behoudenis bewerken met vreze en beven, want God is het, die om zijn welbehagen zowel het willen als het werken in u werkt.” (Filippenzen 2:12,13)
Zou je door willen praten over de inhoud van dit artikel?
Schroom dan niet en neem contact met ons op.
Klik hier als je je wilt abonneren op onze Blog / Infomail.
Vond je dit artikel de moeite waard om te lezen, overweeg dan een kleine financiële bijdrage. Het rekeningnummer is NL94 ASNB 0932 1927 50 t.n.v. P. Overduin.